DEUKEN IN DE VANGRAILS

DEUKEN IN DE VANGRAILS

 

Er staat ’n file op de snelweg,

vingers trommelen op ’t stuur.

Duizend wielen rollen langzaam,

reizen is geen avontuur.

Want ik zie deuken, deuken,

ik zie deuken,

deuken in de vangrails.

 

Iedereen volgt de blauwe borden,

alle lichten staan op groen.

Elke afrit wordt gemeden,

iedereen ‘t zelfde vage doel.

En ik zie deuken, deuken,

ik zie deuken,

deuken in de vangrails.

 

Waarschuwingsborden, slipgevaar,

zachte bermen of ’t weer:

dooie katten en platte egels

zijn niet de enige offers

van ’t snelverkeer.

 

Wegenwacht, verkeerspolitie,

eerste hulp stelt niet veel voor.

De afvalrace valt niet te stoppen,

’t snelverkeer dat raast maar door.

En ik zie deuken, deuken,

ik zie deuken,

deuken in de vangrails.

 

1983/2012