WILDE DIEREN

WILDE DIEREN

 

Wees niet bang voor de wilde dieren, wees niet bang;

voor ’n kudde dolle stieren, wees niet bang;

voor een zwerm vale gieren of bloeddorstige vampieren,

voor ’n tijger met z’n muil niet in bedwang,

wees niet bang.

 

Wees niet bang voor de wilde dieren, wees niet bang;

voor ’t razen en ’t tieren, wees niet bang;

voor die knapen met te veel spieren en verder geen manieren,

voor de hanen en hun onderling gedrang,

wees niet bang.

 

Wees niet bang voor de wilde dieren, wees niet bang;

voor de mannen met formulieren, wees niet bang;

voor de heren met kohieren, die vragen om papieren,

voor die kerels van gewicht en van belang,

wees niet bang.

 

Wees niet bang voor de wilde dieren, wees niet bang;

voor de bijtende satire, wees niet bang;

voor de gaten en de kieren, voor de uren en kwartieren,

voor de aanblik van ’t spiegeltje aan de wand,

wees niet bang,

wees niet bang,

wees niet bang.

 

2009